opnemen-aanpassen-AFBREKEN-scheiden-in stand houden-groeien-tot stand brengen

Voeding

Deze keer gaat het over afbreken. Laten we eerst eens kijken naar ons eten. We kauwen het, maken het op die manier fijn, doen er een beetje speeksel bij zodat het een brei wordt. Als we het hebben doorgeslikt gaat de maag verder met kneden en wordt daarbij geholpen door het maagzuur dat de voedsel brei nog verder afbreekt. Daarna komt het eten in de dunne darm. Ook daar gaat het kneden verder en worden er spijverteringssappen toegevoegd die helpen het voedsel af te breken en op te lossen.

In de darm vergroten we onszelf. Het darmoppervlak is namelijk enorm geplooid: als je de hele darm glad zou strijken zou die zeven kilometer lang zijn! Hierdoor is er heel veel oppervlak beschikbaar om de voedsel brei  te kneden en kleiner te maken. Op deze manier kunnen we ons eten afbreken tot het zó klein is dat we het op kunnen nemen en tot een deel van onszelf kunnen maken. Dat is het uiteindelijke doel: dat we de buitenwereld zo ver afbreken dat we er onze eigen substantie mee op kunnen bouwen.

Kracht investeren

Dit afbreken “tot op het bot” kost kracht. En de kracht die iemand daarvoor tot zijn beschikking heeft verschilt per mens. Het wisselt per levensfase, per cultuur, per persoon. Denk nog eens aan de borstvoeding. Een baby is klein, die kan nog niet alles verteren. Vandaar de op maat gemaakte borstvoeding. Rond zes maanden krijgt een kind dan tandjes. Ze is klaar voor vast voedsel. Dat introduceer je voorzichtig om eens te kijken hoe het gaat. Kinderen reageren allemaal verschillend op  voeding. Behalve de individuele aanleg bepalen ook de streek en het voedselaanbod hoe je lichaam in staat is om dingen te verteren. In Japan zijn de darmen veel beter in staat om zeewier te verteren dan bij mensen in Europa. En de mogelijkheid om melk te verteren verschilt ook over de wereld en per leeftijdsfase.

Je kan je voorstellen dat iets helemaal slopen en afbreken zó veel kracht kost dat het niet lukt. Dat iets onverteerbaar is. Dat zie je bijvoorbeeld bij kleine kinderen maar ook bij zieke mensen. Sowieso is de eetlust dan vaak minder maar zieke mensen geef je ook licht verteerbaar voedsel, bijvoorbeeld de bekende kippensoep. Wanneer iemand dan herstelt kan hij steeds meer de gewone voeding aan.

Kracht oogsten

Het afbreken tot op de bodem  levert ook wat op. Wanneer je iets helemaal afbreekt, komt vrij wat er in zit. De krachten die gebruikt zijn bij het groeien van een tomaat, komen vrij wanneer je die tomaat opeet en verteert. Het gaat hierbij om de warmte van de zon, suikers en andere voedingsstoffen uit de tomaat. Je kan je voorstellen dat dit anders is voor een tomaat van het zonnige Griekse boerenakkertje, of voor een tomaat uit de kas (ik heb in Engelse kookboeken wel eens gelezen: nooit van die harde, waterige, Nederlandse tomaten gebruiken). Wat je er in stopt komt er ook weer uit. Dat geldt voor fysieke dingen zoals water en koolstof en warmte. Maar dat geldt dus ook voor het soort warmte (van de zon of kasverlichting) en of iets met liefde bereid is. Ook dat komt vrij wanneer je het afbreekt en kan je dus tot je nemen.

Non food

Bij tekst of muziek gebeurt iets vergelijkbaars. Wanneer er veel op je af komt, lees of luister je het in stukken. Je breekt het eigenlijk op die manier af en maakt het kleiner. Pas als het voor jou behapbaar is geworden, kan je het opnemen en tot iets van jezelf, tot iets eigens maken. Stel je voor hoe de kinderen hun spreuk van het getuigschrift uit hun hoofd leren. Dat gaat zin voor zin, stukje voor stukje. Eerst afbreken en dan eigen maken.

En daarbij komen dus ook de krachten vrij die er in gestopt zijn. Een met zorg en aandacht voor het kind uitgezochte spreuk levert dat kind die zorg en aandacht ook weer op. De scheppingskracht die in een kunstwerk is gestoken raakt je, neemt je mee en heeft een voedende werking. Daarom kan je ook zo opgeladen van een concert vandaan komen.

Ook de natuur werkt op die manier. Een bos of de zee is eigenlijk één en al levenskracht. De zee met zijn ongelooflijke leven er in en als water representatief voor de etherkrachten en een bos dat groeit en groeit en groeit…wanneer je deze fenomenen “tot je neemt” en je eigen maakt, dan breek je zo’n indruk als het ware ook af en de levenskrachten van de natuur komen dan tot je beschikking. Hier is wat mij betreft de hele trend van het forest bathing op gebaseerd: lekker etherkrachten tanken.

Pubers

Voor wie al wat grotere kinderen heeft: je kan je eigen waarden alleen opbouwen wanneer je dat  zelf doet. Dat betekent dat je de dingen eerst moet afbreken, tot niets. En dan volg je je eigen kompas en creëer je de waarden die bij jou passen. Wanneer je alles klakkeloos overneemt van je omgeving of van je ouders, worden het nooit je eigen waarden. Dat betekent voor de omgeving en de ouders van pubers kritiek op de dingen zoals die thuis gaan en het helemaal anders willen doen. Dat is een voorwaarde om het later zelf, op je eigen manier te kunnen doen.

Afbreken is dus nodig om daarna je eigen substantie op te kunnen bouwen. Of het nu een broodje is, muziek of de huisregel dat je geen spullen laat slingeren, eerst moet het “kapot”. Pas daarna kan je er zelf mee aan de slag: je bouwt eiwitten, spieren en afweercellen op, je zingt dat lied lekker mee en je runt je huishouden op jouw manier.

Afbreken of in de woorden van Rudolf Steiner Ernährung is brug tussen de natuur, ofwel de buitenwereld, en de binnenwereld. Je breekt buitenwereld af en je bouwt je binnenwereld op, zowel fysiek als immaterieel.

Leave a Comment